Er valt maar moeilijk te wennen aan nieuwe namen. Van de gaai is de toevoeging Vlaamse verwijderd, de Vlaamse gaai heet al een hele tijd simpelweg gaai. Het heeft z'n reputatie niet echt verbeterd.
De gaai staat bekend als een rover van eieren en jonge vogels, ook al is hij het grootste deel van het jaar voornamelijk vegetariër door de consumptie van eikels en beukennootjes.
De gaai is aan het begin van de broedtijd redelijk luidruchtig en geldt als de waakhond voor andere bosvogel. Als gaaien beginnen te roepen is er sprake van ongewone bezoekers. Dat kunnen mensen zijn, maar ook een roofvogel. Gaaien zijn perfecte imitators. Zo kunnen ze het geluid van een buizerd, maar ook van andere vogels perfect nabootsen.
Waarnemingen bevestigen het beeld dat de gaai overal is te zien, zeker ook in dorpen en steden. Maar echte grote groepen zijn er deze winter maar weinig in Twente en de Achterhoek gezien. Volgens onderzoekers worden grote groepen gaaien gezien in zogenoemde invasiejaren, als veel gaaien uit Noord- en Oost-Europa zuidwestwaarts trekken omdat er in hun eigen gebieden te weinig voedsel is te vinden. In zulke jaren neemt het aantal gaaien in najaar en winter sterk toe. Maar daar lijkt afgelopen maanden geen sprake van.
De gaai is van oorsprong een echte bosvogel. Is in alle landschappen te vinden waar ouder bos staat en is maar weinig te zien in open landschappen. Met het ouder worden van veel bossen in Twente en de Achterhoek is ook in de regio het aantal gaaien langzaam maar zeker toegenomen.
Landelijk wordt het aantal gaaien geschat op zo'n 30.000 tot 40.000 paren.
Bron : de Gelderlander